Interview met Ambassadeur Muylle

Ambassador Geert Muylle during a visit to CERN

Boven in het midden, Ambassadeur Geert Muylle, tijdens een bezoek in juli 2020 aan CERN Directeur Generaal Fabiola Gianotti - rechts, in aanwezigheid van CERN Directeur Internationale Relaties, Charlotte Warakaulle - links (foto vanJulien Ordan, CERN).

Ambassadeur Geert Muylle beëindigt deze zomer zijn vierjarige missie als Hoofd van de Permanente Missie van België bij het Bureau van de Verenigde Naties en de gespecialiseerde agentschappen in Genève. Bij deze gelegenheid hebben we een interview met hem gehad en zijn indruk gevraagd over zijn ervaring in Genève en in het bijzonder met CERN.

Telefonisch interview op dinsdag 28 juli 2020 door François Briard.

Kunt u in het kort uw professionele achtergrond voorstellen?

Ik heb rechten in Leuven gestudeerd en daarna internationale en politieke betrekkingen in Louvain-la-Neuve. Later behaalde ik een diploma bedrijfskunde.

Mijn carrière als diplomaat begon in 1990 met verschillende missies in Polen, voormalig Joegoslavië, Genève en Frankrijk. In Brussel was ik adviseur van de Premier, ambassadeur bij het PSC (Politiek en Veiligheidscomité) van de EU, ambassadeur bij de NAVO en was ik directeur generaal en lid van de directie van het ministerie van Buitenlandse Zaken.

Ik ben momenteel bezig met het voltooien van een vierjarige missie bij de Permanente Missie van België bij het Bureau van de Verenigde Naties en de gespecialiseerde agentschappen in Genève en mijn volgende missie zal in Berlijn zijn.

Wat was uw rol in Genève?

Ik was Hoofd van de Belgische missie die tot doel heeft nauwe betrekkingen te onderhouden met de verschillende internationale organisaties die in Genève gevestigd zijn, of ze nu VN zijn of niet, zoals CERN, en als lid van al deze organisaties, bij te dragen aan hun werking en relevantie.

België stelt alles in het werk om ervoor te zorgen dat het multilaterale systeem, dat iets meer dan 100 jaar geleden in Genève geboren is en waarin wij een belangrijke stakeholder zijn, blijft opereren, relevant is en erin slaagt om zijn missie uit te voeren. We hebben een wereld nodig die ordelijk functioneert volgens overeengekomen en homogene regels, dicht bij onze fundamentele waarden: de rechtsstaat, democratie en mensenrechten.

België bereikt deze doelstelling door deel te nemen in verschillende organisaties en commissies, maar ook door faciliterende verantwoordelijkheden op zich te nemen zoals voorzitterschappen en vice-voorzitterschappen. Dit was mijn geval bij de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM), de Hoge Commissaris van de Verenigde Naties voor Vluchtelingen (UNHCR), de Mensenrechtenraad en de Raad voor de Handel in Diensten bij de WTO.

Wat wist u over CERN voordat u naar Genève kwam?

De eerste keer dat ik naar Genève kwam, 20 jaar geleden, was de LHC in aanbouw. Op dat moment werd er al successvol gecommuniceerd over de activiteiten van CERN en zijn toekomstige accelerator. Ik had dus al veel geleerd over CERN, zijn missies, zijn instrumenten en de mensen die het allemaal mogelijk maken.

Hoe ziet u CERN in internationaal Genève?

Is de vraag belangrijk? CERN heeft duidelijk zijn verschillen met de andere internationale organisaties in Genève en dit vormt geen probleem. Hierdoor kan CERN zelfstandig zijn koers uitstippelen.

Ik weet zeker dat CERN veel kan bijdragen aan internationaal Genève. Bijvoorbeeld de bijdrage van de IT-technologieën en middelen van CERN voor UNOSAT, dat satellietbeelden analyseert voor het Instituut voor opleiding en onderzoek van de Verenigde Naties (UNITAR), is een treffend voorbeeld.

Wat waren uw activiteiten met betrekking tot CERN tijdens uw missie in Genève?

België heeft een traditie om zijn vertegenwoordiging in de raad de facto toe te vertrouwen aan mensen uit de academische wereld. Ik ben deze lijn blijven volgen. Momenteel zitten mevrouw Véronique Halloin (FNRS) en professor Dirk Ryckbosch (UGent) in de Raad en ze doen het daar geweldig. Geen reden dus om dit goed werkende systeem te veranderen, waarbij ik wel nauw betrokken blijf.

Natuurlijk heb ik regelmatig de Directeur Generaal, Fabiola Gianotti, ontmoet, maar ook andere sleutelfiguren voor de relaties met België, zoals Thierry Lagrange, Management Liaison voor België.

Met een bijdrage aan het CERN-budget van meer dan 31 miljoen Zwitserse frank trekt CERN uiteraard de belangstelling van federale en regionale ministers in ons land. We hebben, in samenwerking met de uitstekende diensten van de CERN Protocol, vele successvolle Belgische bezoeken kunnen organiseren.

Wat heeft u tijdens uw missie over CERN geleerd?

De resultaten of de toepassingen van technologieën die bij CERN worden ontwikkeld, vinden soms plaats in onverwachte domeinen. Ik had de gelegenheid om in februari 2018 ISOLDE en MEDICIS te bezoeken, die de productie van isotopen voor medisch onderzoek mogelijk maken, maar ook voor de opsporing en behandeling van kankers.

Wat de relaties tussen CERN en België betreft, zouden er specifieke inspanningen moeten worden geleverd?

Het is duidelijk dat er ruimte is voor verbetering om meer Belgische bedrijven aan te trekken om contracten af ​​te sluiten met CERN.

Ik hoop ook dat er een oplossing zal worden gevonden voor het hosten van een bedrijfsincubator in België om de bij CERN ontwikkelde technologieën over te dragen.

Ten slotte is het essentieel dat CERN zijn inspanningen voortzet om STEM (Science, Technology, Engineering and Mathematics) onder jongeren te promoten (zie in dit verband ons artikel over het toekomstige Belgische HSSIP-programma in 2021).

Op 1 september 2020 wordt Ambassadeur Muylle vervangen door Ambassadeur Marc Pecsteen als Hoofd van de Permanente Missie van België bij het Bureau van de Verenigde Naties en gespecialiseerde agentschappen in Genève.